Vorig jaar was onze vakantie een compleet fiasco, ik zat in een uuh “dipje” (lees: ik begon al hysterisch te huilen als ik de dop van de jampot niet open gedraaid kreeg) en vriend T had een kaak ontsteking waardoor we 1 van de nachten in de wachtkamer van de dichtstbijzijnde nightcare hebben doorgebracht.
Terwijl wij ergens in de achterhoek met amper 20 graden door de regen banjerden, bleek het hier in Limburg 30 graden met stralende zomerzon te zijn. Ik heb bij thuiskomst de grond gekust en heb god beloofd dat ik nooit meer zo’n domme dingen zou doen.
Dus
Omdat ik heb gezworen om nooit meer aan vakanties te doen,
gaan we dit jaar toch weer een weekend weg.
Kamperen
Weetjewel
Met een tent
En een luchtbed
En een groep vrienden
En een wc rol voor de toiletten want die blijk je zelf mee te moeten nemen als je gaat kamperen.
De tv en laptop worden ingeruild voor een vuurschaal, marshmallows en een barbecue en ik hoef nog net niet in een beestenvel rond te lopen met een knots in mijn hand.
De buitenlucht schijnt rustgevend te zijn als je adhd hebt en rustgevend vind ik altijd wel klinken als iets hoopvols. Misschien kan dat ontspannen en “meer-bij-jezelf-blijven” dan toch.
Drie douches voor de hele camping en 1 of andere ziekmakende bacterie in de rivier waarin wij eigenlijk zouden gaan kajakken.
Ons geluk kan niet op.
De hele woonkamervloer ligt vol met spullen die je blijkbaar allemaal nodig hebt wanneer je gaat kamperen en ik heb sterk mijn twijfels of dat wel allemaal in mijn auto gaat passen.
Maar vriend T heeft er zin.
En er zijn in de ochtend verse broodjes.
En mijn gitaar gaat mee.
En we zijn met vrienden.
Dus: let’s go!